Morning in the City -Edward Hopper

Maria zei dat de voordelen van single zijn waren dat je met niemand rekening moet houden, en je volledig impulsief alleen naar Parijs kunt. Geen rekening houden met mensen voelt voor mij niet als de opluchting die het voor sommige anderen is, maar volledig impulsief alleen naar Parijs gaan was nieuw. 
Dus daar zat ik dan, gisteren. Al schrijvend in Le Marais op een terras aan een rode tafel met een gouden omranding, op een groene stoel met een decafeïne cappuccino voor mij. Er staken twee boeken in mijn rugzak, alle benodigdheden voor een overnachting, en op mijn telefoon een ticket voor de Flixbus de volgende dag naar huis. 
Daar, op het terras van de Cannibale, merkte ik dat ik aan het wachten was, aan het wachten op een soort epifanie. Alsof er antwoorden uit de lucht zullen komen vallen zoals de regen van de afgelopen dagen. Alsof het allemaal plots duidelijk zal worden, en ik weer verder kan. 

In mijn gedachte-experimenten omtrent “de perfecte partner”, “de perfecte relatiestijl” en “mijn toekomst” ontgaat het me niet dat ik de leeftijd heb waarop veel mensen (een) partner(s) vinden waar ze mee trouwen en/of kinderen willen. Ik zie mijn vriendinnen na een veel kortere tijd samenwonen, huizen kopen en concluderen dat kinderen krijgen een legitieme optie is. Anderen ook helemaal niet: er is een groot verschil tussen mijn vrienden die twee jaar ouder zijn, en mijn vrienden die vier jaar jonger zijn. Zaterdagavond zat ik op café met twee mensen uit Parijs en een andere toerist. Behalve Kevin hadden we alle drie liefdesverdriet. Krish was twee weken single, ik exact een week en Julie vier dagen. Julie is 32 en zit middenin het proces waarbij haar eitjes worden ingevroren. Ze had vandaag een injectie met extra hormonen gekregen, binnenkort zullen de dokters bij haar eisprong tien in plaats van één eitje kunnen oogsten en die dan invriezen tot ze er klaar voor is. Van de hele tafel was zij het meest zichtbaar aangedaan, haar ogen nog opgezwollen. Ze was na zeven maanden gedumpt omdat hij dacht dat zij meer van hem hield dan hij van haar. We praatten over recent single zijn, en ik vertelde haar dat het voelt als wachten op iets. Ze zei dat ze voor deze relatie heel lang alleen was, en daar best comfortabel mee was. Maar toen ze dertig werd, bedacht ze zich dat ze graag kinderen wilde. Ik besef dat ik wel nog wat jaren heb voor dat een ding wordt, maar het idee heeft zich intussen al ergens genesteld. Misschien is dat omdat ik heel lang dacht dat Bram en ik zoiets zouden doen. Niet per se samenwonen of kinderen krijgen, maar iets met die intensiteit: samen een leven uitbouwen, iets dat de tand des tijds zou doorstaan.
Ik herberg ergens een angst dat het hierna zal moeten gaan gebeuren, dat de overgangsfase die ik nu zal doormaken in een nieuw nulpunt zal uitdraaien om dan dat precies te gaan doen: een leven uitbouwen met iemand (enkelvoud of meervoud). Ik heb nooit geloofd in de roltrap van het leven (huisje, boompje, kindje), maar ofwel is er een soort primaire drang aanwezig om mij te settelen, ofwel krijgen de maatschappelijke verwachtingen toch de bovenhand. (Mijn oma kon het ook niet laten om te zeggen toen ik haar met mijn kat kwam bezoeken-  in een Moere blitzbezoek aan haar en de dierenarts - en ik een ziek Soupje in mijn armen droeg: “Je wilde altijd zo graag kinderen, is dat nu je baby’tje?”)

Nature of nurture, het verleden of de toekomst: de realiteit is dat ik nu moet leren wat Julie “comfortabel alleen zijn” noemde. 

Ik open Google en lees dat er een verschil is tussen alleen zijn en eenzaam zijn. Alleen zijn is zorgen voor jezelf, koken voor één en daar blij mee zijn, je vrienden zien en blijkbaar, volgens een hele resem artikels, fitter en gezonder zijn. Eenzaam zijn is je onverbonden voelen, ergens een leegte waarnemen en de nood hebben die te willen opvullen. Ik schipper tussen beiden. Ik denk dat ik me de laatste maanden ook onverbonden voelde, maar op een andere, wanhopige manier. Ik was me zo bewust van ‘mijn’ problemen en zo toegewijd aan de zaak om die op te lossen dat ik in een spiraal van schaamte en schuld meter per meter naar beneden tuimelde. Ik verloor de connecties in mijn relaties, en als klap op de vuurpijl de connectie met mezelf. Het was nooit moeilijk toe te geven dat ik worstelde met hechtingsproblemen, iets moeilijker om toe te geven dat ik geplaagd werd door verlatingsangst, maar haast onmogelijk om in het reine te komen met het feit dat het enige wat ik kon doen voor mezelf, ermee stoppen was. Ik zag het lang als falen, maar het bleek een daad van liefde te zijn voor mezelf. 
Die liefde voor mezelf is er nu in de vorm van een handvol supplementen, bijna elke nacht 9 uur slaap, voor het eerst in maanden drie keer per dag normale porties te eten, en een sportschema dat bestaat uit pilates, yoga en (ik cringe van mezelf) krachttraining.
Volgens Maria steek ik alle zorg die ik voordien aan mijn partners gaf nu voor een groot stuk in mezelf. Dat is mooi, ik word ook rustig van de dingen die ik doe. Maar het voelt nog te weinig als iets wat ik bewust doe, die zorg dragen voor mezelf. Nog te weinig alsof ik weet waarom.
Als ik die zelfzorg handelingen doe dan voel ik mij alleen, maar tussendoor voel ik me vooral eenzaam.

Olivia Laing schreef een boek over eenzaamheid, The Lonely City. Het boek ligt op mij te wachten in het Paard Van Troje, maar intussen las ik al haar column voor The Guardian. Ze heeft ze het over Andy Warhol, een canoniek eenzaam figuur, die zijn taperecorder ‘zijn vrouw’ noemde. Laing begrijpt het sentiment, ze zegt dat ze verloren zou zijn zonder haar Macbook. 
Mijn oude Macbook was al twee jaar kapot, Bram had nog een oude computer waarmee die vroeger codeerde en die dus sterk genoeg zou zijn voor mijn Adobe apps. Ik mocht die gebruiken in afwachting van een nieuwe. Een paar maanden werd een jaar, werd twee jaar. Toen we uit elkaar gingen, wilde ik mijn vader snel vanuit een praktisch standpunt bellen: ik wilde de computer zo snel mogelijk teruggeven. Ik begon te huilen vanaf ik zijn stem hoorde en mijn vader, die blijkbaar met een paar mensen een trap aan het opmeten was, vroeg heel voorzichtig of hij mocht terugbellen. Diezelfde avond bestelden we mijn nieuwe Macbook. Elke keer ik mijn vinger op de vingerafdrukherkenning leg, ben ik dankbaar: een tastbaar bewijs van mijn nieuwe fase. Volgens Laing belooft het zilvergrijze 14 inch scherm connectie te brengen, en de leegte die liefde achterliet te vullen. Mijn online dagboek vult zich gestaag met tekens, ik ben vooral in gesprek met mezelf. Connectie blijft nog uit, en de leegte die liefde achterliet is immer present.

Laing vertelt in het artikel dat de oplossing voor eenzaamheid niet is om iemand te ontmoeten, maar om een vriend te worden van jezelf, en te zien dat wat ons beïnvloedt als individu een resultaat is van grotere krachten zoals exclusie en stigma. 
Ze benoemt iets wat al vaak door mijn hoofd schoot, dat in deze vorm van late stage capitalism alle moeilijke gevoelens zoals depressie, rouw, angst, eenzaamheid en woede gezien worden als een inbalans in onze hersenen, iets wat opgelost kan worden, in plaats van symptomen van structureel onrecht. Het is niet gek om je in deze wereld eenzaam en tragisch waardeloos te voelen als je ziet hoe onbelangrijk een leven, of rechtvaardigheid is. De nieuwscyclus toont ons hartverscheurende verhalen van een Franse vrouw die jaren door haar man gedrogeerd werd waarna mannen uit het dorp, mannen die ze dagelijks zag, mannen uit haar gemeenschap, hun gang met haar mochten gaan. Een dokter in India werd door twintig mannen verkracht en vermoord, de TikToks met haar verwondingen verlaten mijn hoofd niet. We zien dagelijks aan flarden geschoten Palestijnse burgers: ouderen, kinderen, jongeren. Niemand die iets zou kùnnen doen, lijkt ook maar één vinger te bewegen om er iets aan te doen. We worden omringd door horrorverhalen, en zien dat het neoliberaal ideaal met haar vier ruiters van de nakende Apocalyps - het kapitalisme, het patriarchaat, de witte overheersing en racisme - altijd aan het langste eind trekken. Hoe voel je je in godsnaam verbonden in zo’n wereld? 
Los van de maatschappij en haar huidige klimaat, is er nog een derde iets waar we rekening mee moeten houden volgens David Wojnarowicz. We brengen allemaal onze tijd door in een gehuurd lichaam, en dat brengt alle bijhorende rouw en frustraties met zich mee.

Ik vroeg Krish mee naar mijn AirBnb. Hij is een heel fijne, vriendelijke man, maar terwijl ik met mijn hoofd boven het zijne hing, besloop mij het gevoel dat dit niet was wat ik toen moest doen, dat ik misschien liever thuis was geweest met mijn twee katten dan in die studio van twaalf vierkante meter met deze Indiaas Amerikaanse man. Dat gevoel trok voorzichtig weer weg, en ik ben dankbaar voor de tijd die ik in Parijs had en voor de mensen die ik daar ontmoette. Maar ik concludeer ook, nu op de Flixbus richting Brussel-Zuid, dat ik het in de fysieke nabijheid tot andere, onbekende lichamen niet ga vinden, datgene wat ik zoek: connectie met mezelf, een gemeenschap en de wereld als een remedie voor eenzaamheid. 

You may also like

Back to Top